Productieresultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.

Het is een open deur en toch zien we het steeds weer gebeuren. Na de financiële crises is de economie met een stijgende lijn bezig. Hier is iedereen blij mee. In de afgelopen jaren hebben heel wat bedrijven het vet op de botte verloren en moesten overleven. Enkelen vielen zelfs af. Nu de vraag toeneemt, zitten productiebedrijven vol met werk. Zo vol dat ze gekwalificeerd personeel te kort komen. Het storingsgedrag neemt toe en alle zeilen worden bijgezet om productiedoelstellingen te halen. Het was jaren mager en nu is er weer groei. Maar … het risico groeit nu ook dat storingsgedrag uit de hand gaat lopen. Dat storingsgedrag dat de effectiviteit van de productielocatie maakt en breekt. Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst. Jaren konden we produceren met minder machines, minder mensen. Dat is over. Zodra het storingsgedrag gaat veranderen, begeef je je op een hellend vlak.

Onderhoud is al lang niet meer alleen gericht op assets. Dat was jaren 50-90. Toch hebben nog veel bedrijven het onderhoud zo georganiseerd. De reden is dat CMMS’en zo zijn georganiseerd en die zijn vooral financieel geïnspireerd en kijken terug in plaats van vooruit. De meeste CMMS’n houden zich vooral bezig met assets met bijbehorende kosten en de organisatie daarvan. In plaats daarvan zouden CMMS’n het storingsgedrag van de productieketen inclusief die assets in de toekomst effectief moeten managen.

Toekomstbestendig onderhoud richt zich op alle factoren die productierendementen beïnvloeden. Omdat de industrie aangeeft dat meer dan 70% van al die factoren als oorzaak “Mens” heeft, moeten onderhoudsplannen dus ook die “Mens” beter onderhouden. Maar ook al die andere factoren die rendementen beïnvloeden. Procedures moeten kloppen, de interpretatie van de procedures, storingskennis en oploskennis moet paraat zijn bij de operator van lijn 12. We moeten dat meetbaar, verbeterbaar, verdedigbaar en realiseerbaar maken. Storingsgedrag is dynamisch en wordt beïnvloedt door tal van factoren. Iedereen die invloed heeft op productierendementen of storingsgedrag, moet hiervan doordrongen worden. We doen continu voortschrijdende kennis op in onze processen, maar onderhoudsplannen profiteren daar te weinig van. Ze zijn te statisch, met als gevolg dat actuele onderhoudsplannen niet het actuele storingsgedrag afdekt. Gevolg… ongeplande stops, kosten, kwaliteitsproblemen, logistieke impact, … en een onderhoudsplan met onderhoudsbudget dat nooit gekoppeld is aan het actuele storingsgedrag.

Dynamische productieprocessen moeten onderhouden worden met dynamische onderhoudsplannen die continu blijven verbeteren. Hiervoor zijn verschillende lagen bekend die we de Reliability levels noemen. Bedrijven kun je onderverdelen in deze levels en zij kunnen zorgen dat ze groeien naar dat niveau dat bij hen past.

Hoe laag of hoog een organisatie in de matrix staat, kan nooit een reden zijn om niet continu te blijven verbeteren. Zodra men beseft dat productieprocessen dynamisch zijn en dus niet met een statisch onderhoudsplan onderhouden kunnen worden, heeft men een opdracht.

Op www.ercbv.eu staan enkele opties die voor ieder productiebedrijf interessant kunnen zijn. De snelste weg naar besef, is een 1-daagse Quick Scan van de huidige onderhoudsaanpak. De huidige onderhoudsaanpak wordt onder de loep genomen en de kwaliteit van onderhoudsplannen wordt gemeten. In de rapportage wordt helder verwoord op welke punten actie ondernomen zou moeten worden, in welke volgorde en wie daar bij betrokken zou kunnen worden. Op basis hiervan kunnen keuzes worden gemaakt om resultaten uit het verleden in de toekomst te overtreffen.

Rik Plattel (European Reliability Centre)